In de tuin van de Zwartzusters te Brugge staat deze kerststal…
de lichtgevende ster wijst de weg om tot bij Maria en Jozef te komen.
Maar zie je het ook: de kribbe is leeg.
Waar is het mensgeworden Woord van God?
Waar is Gods menslievendheid die op aarde verschenen is?
Waar is het Licht dat in de duisternis schijnt?
Waar is de pasgeborene?
Diezelfde vraag stelde de wrede en achterbakse Herodes ook,
terwijl de herders naar de engelen luisterden en
de wijzen naar de sterren keken… en de weg vonden.
Ik voel me uitgenodigd om met wie ik ben als geschenk
Maria en Jozef te naderen en
naar hun levensverhaal te luisteren.
Ik hoor zacht fluisteren:
Hij wil in jouw hart te gast zijn,
misschien staat Hij al aan jouw deur
of zit Hij al aan jouw tafel,
zeker wacht Hij geduldig op jouw liefde.
Maar wees gerust: Hij komt, Hij komt…
telkens weer.
Misschien kan jouw hart zijn kribbe worden?
Misschien kan je dan ook de woorden van de engel aan Maria van binnenuit verstaan:
Zalig die geloofd heeft dat tot vervulling zal komen,
wat haar vanwege de Heer gezegd is. Lc 1,45
In verbondenheid met jou, zalig Kerstfeest!
PS Een deelnemer aan het online Augustinusleesgroepje maakte ons gisteren attent op de heel mooie cantate van Bach BWV180, waar de gedachte: Maak u op mijn liefste, want de Heer wil ‘herberg’ in u houden, hem ten diepste trof.
De prachtige vertaling van de cantate vindt u op https://www.eduardvanhengel.nl/werken/BWV_180/tekst